Hostname: page-component-586b7cd67f-dsjbd Total loading time: 0 Render date: 2024-12-01T04:36:44.091Z Has data issue: false hasContentIssue false

Internationaal Waterrecht - DrF. J. Berber (o.ö. Professor der Rechte an der Universität München), Die Rechtsquellen des internationalen Wassernutzungsrechts, R. Oldenbourg Verlag München1955, (Das Recht der Wasserwirtschaft, Veröffentlichungen des Instituts für das Recht der Wasserwirtschaft an der Universität Bonn, mit Unterstützung des Vereins zur Förderung des Instituts, herausgegeben von Prof. Dr. Paul Gieseke, Heft 2).

Published online by Cambridge University Press:  21 May 2009

Get access

Abstract

Image of the first page of this content. For PDF version, please use the ‘Save PDF’ preceeding this image.'
Type
Boekbesprekingen—Book Reviews
Copyright
Copyright © T.M.C. Asser Press 1957

Access options

Get access to the full version of this content by using one of the access options below. (Log in options will check for institutional or personal access. Content may require purchase if you do not have access.)

References

page 415 note 1 Zie Georgiana G. Stevens, The Jordan river valley, International Conciliation no. 506.

page 415 note 2 Birdwood, Zie Lord, The quarrel of the canals, in International Relations, 10 1954, blz. 58 vlg.Google Scholar

page 415 note 3 B. spreekt van Wassernutzungerecht, ook wel Wasserrecht; met Fockema Andreae, “Tien Stellingen van waterrecht” (voordracht gehouden te Onderdendam op 13 Oktober 1955), wordt hier de term waterrecht gebruikt.

page 415 note 4 Alphen aan den Rijn 1954, blz. 64.Google Scholar

page 415 note 5 Zie b.v. Oppenheim-Lauterpacht, , International Law, 8th ed., London 1955, blz. 24 vlg.Google Scholar

page 415 note 6 Blz. 12.

page 416 note 1 Blz. 34.

page 416 note 2 Moore, J. B., A Digest of International Law, Washington 1906Google Scholar. Dat die overeenstemming er niet is, leert het ter hand nemen van handboeken. Zie Ophenheim-Lauterpacht, a.w. blz. 29 vlg. Zie al de eerste druk van C. G. Fenwick, International Law, London 1924, blz. 61 vlg. (zie ook de 3e druk van '48, blz. 69 vlg.) en de eerste druk van François, J. P. A., Handboek van het Volkenrecht, deel I. Zwolle 1931, hoofdstuk IV, blz. 312384Google Scholar. François wijst er op, dat voor de oude positivistische theorie — bij B. rediviva — het positieve recht met verdragen en gewoonterecht uitgeput was (aldus ook de 2e druk van 1949, blz. 720). F. noemt een ganse reeks bronnen. Het is niet mogelijk op deze en nog komende belangrijke vragen verder in te gaan. Zie ook J. P. Tammes, The legal system as a source of international law, in dit Tijdschrift, jaargang I, afl. 4, blz. 374–384. Overigens erkent B. op blz. 183 ook 3 bronnen.

page 416 note 3 Blz. 147. Het fraaiste staal bieden wel de blz. 183, 184 en 185.

page 416 note 4 Zie voor analogie o.a. Fortuin, H., De natuurrechtelijke grondslagen van De Groot's volkenrecht, Den Haag 1946, hoofdstuk XIV.Google Scholar

page 417 note 1 B. spreekt veelal niet van internationaal, maar van “zwischenstaatlich”, vermoedelijk om de soevereiniteit van de Staat duidelijk te onderstrepen. Omgekeerd gaf H. Krabbe al in zijn “De moderne Staatsidee”, Leiden 1915, aan, dat boven internationaal de term supranationaal aanbeveling verdiende. De term internationaal recht heeft burgerrecht verkregen en omvat supranationaal recht.

page 417 note 2 Blz. 124.

page 417 note 3 Blz. 158–159.

page 417 note 4 Zoals veelvuldig wordt ter staving M. Huber aangehaald, hier in de arbitrale uitspraak van 1928 in de Palmas-zaak.

page 417 note 5 Zie Fried, A. H., Die zweite Haager Friedenskonferenz, blz. 40, 51, 66, 90Google Scholar (“von Marschall empfiehlt das Prinzip der Einstimmigkeit nicht zu berühren, denn damit würde man die künftigen Konferenzen in Gefahr bringen”!).

page 417 note 6 Blz. 12.

page 417 note 7 Blz. 101.

page 418 note 1 Zie blz. 49–50 b.v. voor de regeling tussen Duitsland en Denemarken van 10 april 1922.

page 418 note 2 Zie blz. 54–55 en blz. 63. Zie voor het Grand canal d'Alsace: Ch. Beliard, , Le grand canal d'Alsace, Parijs 1926.Google Scholar

page 418 note 3 Blz. 95, met een beroep op een artikel van Hyde uit 1928. Wat is een “Völkerrechtsgemeinschaft” bij B. met zijn opvatting van de soevereiniteit der staten?

page 419 note 1 Blz. 97–99. Niettemin wordt in dit verband op blz. 101 uitdrukkelijk er aan herinnerd, dat we geen subjectieve overwegingen, zelfs niet op het hoogste niveau, bij ons onderzoek mogen laten binnendringen, maar nauwgezet de inductieve methode moeten volgen.

page 419 note 2 Blz. 103–105.

page 419 note 3 Blz. 85–90 en blz. 108–109.

page 420 note 1 Van deze lezing is een copie, afkomstig van de auteur, in mijn bezit; aldaar blz. 3 en 4.

page 420 note 2 Blz. 110 en 61.

page 420 note 3 Blz. 124 vlg. Zie ook Eagleton, a.w. blz. 4–6, en Report 46th Conference of the International Law Association, blz. 328–330.

page 421 note 1 Blz. 125.

page 421 note 2 De iure belli ac pacis, par. 40, editie Molhuysen, , Leiden 1919, blz. 15Google Scholar; zie ook aldaar II, 8, 26, blz. 237, en B. M. Telders, Verzamelde Geschriften, deel I, Den Haag 1947, blz. 179: “die voluntas libera is de wil van de mens-heid in haar geheel, zoals die blijkt uit gewoonten en uit het inzicht van de beschaafdste en voortreffelijkste harer leden”.

page 421 note 3 Blz. 138; vgl. J. H. W. Verzijl, Themis 1934, tweede stuk. Het komt me voor, dat inmiddels Verzijl's opvatting van de algemene beginselen enigszins gewijzigd is. zijn, Zie “Sept années de jurisprudence de la Cour Internationale de Justice”, Nederlands Tijdschrift voor Internationaal Recht, 1955, blz. 143Google Scholar, zijn, en “Western European influence on the foundation of international law”, International Relations, October 1955, blz. 143Google Scholar. van Eysinga, Zie ook W. J. M., Resurgens, Grotius, Ned. T. voor Int. R., 1953–1954, blz. 19Google Scholar. Er liggen hier zeer belangrijkc vragen, waarop echter niet kan worden ingegaan.

page 421 note 4 Hambro, Zie Edvard, The Case Law of the International Court, Leyden 1952, blz. 303 en 367.Google Scholar

page 422 note 1 Hambro, , a.w., blz. 99 en 341.Google Scholar

page 422 note 2 Hambro, , a.w. blz. 165 en 163.Google Scholar

page 422 note 3 Blz. 136–137.

page 422 note 4 Blz. 138; hier wordt o.a. genoemd: Gezina van der Molen, Misbruik van recht in het volkenrecht. Deze Studie is te vinden in “Bundel opstellen op het gebied van recht, Staat en maatschappij”, Amsterdam 1948, blz. 266–303. Zie vooral blz. 295.Google Scholar

page 422 note 5 Blz. 139. Zie o.a. Oppenheim-Lauterpacht, , International Law, 8ste druk, blz. 346347 en 474–475Google Scholar. Okma, Zie ook N., Misbruik van recht, Wageningen 1945. In noot 327 verwijst B. naar blz. 129fGoogle Scholar; dit moet zijn blz. 147f.

page 422 note 6 Blz. 146–147.

page 423 note 1 R. Stammler, Die Lehre von dem richtigen Rechte, Berlin 1902, blz. 317 vlg.; zie ook Fockema Andreae, Tien Stellingen, blz. 30.

page 423 note 2 Blz. 159–160.

page 423 note 3 Blz. 170.

page 423 note 4 Blz. 175–180.

page 424 note 1 Zie voor de evenwichtigheid en de evenredigheid als beginsel van behoorlijk bestuur G. J. Wiarda in Geschriften van de Vereniging voor administratief recht, deel XXIV, blz. 84 vlg.

page 424 note 2 Blz. 181–182.

page 424 note 3 Blz. 190.

page 424 note 4 Zie Oppenheim-Lauterpacht, a.w. blz. 414 vlg.; de Marees van Swinderen, Eth., Volkenbond en Verenigde Naties, Den Haag 1946, blz. 6164.Google Scholar